Overhead en vennootschapsbelasting

 

Overzicht van de kosten van overhead

Met ingang van 2017 is het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV) gewijzigd. Eén van de wijzigingen betreft de toerekening van overhead.
Onder overhead wordt verstaan het geheel van functies gericht op de sturing en ondersteuning van de medewerkers in het primaire proces. In het gewijzigde BBV worden baten en lasten van overhead niet meer onder de afzonderlijke beleidsprogramma’s geregistreerd maar centraal onder een afzonderlijk taakveld. Hiermee vervalt de noodzaak van een complexe en veelal ondoorzichtige kostentoerekening aan alle gemeentelijke taken en activiteiten. Deze methodiek is ook van toepassing op de toerekening van rente. De bepalingen en richtlijnen van de notitie hebben geleid tot aanpassing van het gemeentelijk rentebeleid. Hiervoor is de rentenota 2017 opgesteld. Deze nota is op 29 juni 2017 vastgesteld in de raad. De bepalingen en richtlijnen voor de toerekening van rente zijn in werking getreden met ingang van het begrotingsjaar 2018.

Hiermee winnen begroting en verantwoording aan transparantie; de raad kan beter sturen op de bedrijfsvoering. Bovendien kan door het hanteren van een eenduidige systematiek een betere vergelijking worden gemaakt met andere gemeenten.

Om de raad op eenvoudige wijze meer inzicht te geven in de totale kosten van de overhead voor de gehele organisatie en ook meer zeggenschap over die kosten te geven is een apart overzicht opgenomen van de kosten van de overhead. Dit overzicht is opgenomen bij het overzicht ‘Lasten en baten per pijler.

Bedrag voor de heffing voor de vennootschapsbelasting

Beoordeling Vpb-plicht.
Voor het jaar 2019 heeft er wederom een beoordeling plaatsgevonden van de gemeentelijke activiteiten. Door een herijking van de grondexploitaties en een positieve tendens in de verkopen van de verschillende grondexploitaties is opnieuw een beoordeling uitgevoerd. Uit deze beoordeling is naar voren gekomen dat het grondbedrijf vanaf 2019 belastingplichtig is. Over het jaar 2019 hebben we voor de eerste keer aangifte vennootschapsbelasting ingediend bij de belastingdienst. We hebben over 2019 een fiscaal verlies van € 50.000 gerealiseerd, dat met toekomstige winsten gecompenseerd kan worden. Uit de (voorlopige) berekening 2020 van de fiscalist komt naar voren dat in 2020 een klein verlies verwacht wordt en dat vanaf 2021 waarschijnlijk een positief fiscaal resultaat bereikt wordt.