Vooruitblik 2024

In de vooruitblik kijken we vooruit naar 2024. De aandacht gaat hierbij uit naar ontwikkelingen die invloed (gaan) hebben op onze gemeente en nog niet zijn genoemd in de begroting 2023. Denk hierbij aan wetgeving, landelijke &lokale ontwikkelingen, nieuw beleid, ontwikkelingen binnen de organisatie en toezeggingen aan u als raad na het vast stellen van de begroting 2023. De vooruitblik is de opmaat richting de begroting 2024.

De ambitie binnen deze pijler is dat Aa en Hunze sterk, vitaal en veilig is. Samen met de inwoners zorgen we ervoor dat dit zo blijft en dat Aa en Hunze zo mogelijk nog sterker, vitaler en veiliger wordt.

We zien een aantal ontwikkelingen op ons afkomen die deze ambitie ondersteunen. Tegelijkertijd signaleren we ook juist enkele ontwikkelingen die in de komende periode onze aandacht vragen.

Opvang Oekraïense vluchtelingen
We vinden het belangrijk dat we onze verantwoordelijkheid nemen ten aanzien van de opvang van Oekraïense vluchtelingen. Al geruime tijd bieden we deze mensen een onderdak op de opvanglocatie in Papenvoort. Eind 2022 hebben we de locatie aangekocht. In de loop van 2023 maken we de overige leegstaande panden klaar voor de opvang van extra Oekraïense vluchtelingen, zodat we in totaal ongeveer 350 personen kunnen huisvesten. We houden er rekening mee dat we gedurende + 5 jaar opvang bieden voor deze groep vluchtelingen.

Mijnbouwactiviteiten
We blijven ons inzetten voor een rechtvaardige, onafhankelijke en ruimhartige afhandeling van schade voor onze inwoners ongeacht de aard en de locatie van de mijnbouwactiviteiten. Samen met de andere gemeenten in Noord-Drenthe en de provincie willen we aansturen op een programma voor Drenthe waarmee gelden beschikbaar komen voor leefbaarheid en verduurzaming van woningen. We blijven bij de staatssecretaris Mijnbouw aandringen op één loket mijnbouwschade, zodat inwoners worden ontzorgd.  Daarnaast vragen we hem een commissie in te richten voor schrijnende/ bijzondere situaties.

Actualiseren beleid met betrekking tot een veilig Aa en Hunze
De gemeente heeft een regietaak op het gebied van veiligheid binnen de gemeentegrenzen. Deze rol vloeit voort uit het feit dat de burgemeester belast is met het handhaven van de openbare orde en veiligheid. We hebben dit vastgelegd in de kadernota integrale veiligheid 2020-2023. De nota beschrijft de strategische doelen die onze gemeente op het gebied van veiligheid nastreeft en de prioriteiten die daarbij worden gesteld. Dit jaar actualiseren we deze kadernota. Hier nemen we ook de evaluatie van buurtbemiddeling en het inzetten Burgernet (dat volledig onder verantwoordelijkheid van de gemeente komt te vallen) in me.

Verder bekijken we wat de effecten van de wijzigingen in de Alcoholwet en de invoering van de Wet Aanpak Meervoudige Problematiek Sociaal Domein (Wams) en de Wet Integere Bedrijfsvoering Zorgaanbieder (Wibz) voor ons beleid zijn.

De Wams heeft betrekking op gegevensuitwisseling tussen partijen in het sociaal domein en aangrenzende domeinen. Het onderling kunnen uitwisselen van gegevens heeft een positief effect op de aanpak van meervoudige problematiek. Met de Wibz wil het rijk het externe toezicht op de kwaliteit en de integere bedrijfsvoering van zorgaanbieders verder versterken.

Het huidige Handhavingsbeleid is verlengd. Na de invoering van de Omgevingswet op 1 januari 2024 wordt dit beleid halverwege 2024 geactualiseerd en krijgt het dan ook een andere naam: de Uitvoerings- en Handhavingsstrategie. 

Toereikende bevolkingszorg
De gemeente heeft een taak op het gebied van crisismanagement en rampenbestrijding; de zogenaamde bevolkingszorg. Steeds vaker zijn we betrokken bij dergelijke crisissituaties, zoals de coronacrisis, de asielcrisis en de boerenprotesten. Ook is onze inzet nodig bij GRIP-situaties. Door middel van evaluatie bekijken we of de bevolkingszorg toereikend is.

Adequate brandweerzorg
De brandweerzorg in Drenthe draait op een groot aantal vrijwilligers die dag en nacht klaar staan bij brand en voor hulpverlening bij incidenten. De Veiligheidsregio Drenthe (VRD), die hiervoor verantwoordelijk is, signaleert dat het systeem van vrijwillige brandweer onder druk staat. Daarom onderzoekt de VRD op welke wijze de vrijwillige brandweer in stand kan worden gehouden, zodat in elke kern adequate brandweerzorg beschikbaar is.

Nieuwe wetgeving: WOZO, IZA en GALA
De afgelopen jaren is zowel landelijk als lokaal ingezet op het vergroten van de zelfredzaamheid van mensen, het langer thuis wonen en op het meedoen van mensen in de samenleving.  Ook ligt de nadruk op preventie om ziektezorg zo lang mogelijk uit te stellen. Het Rijk brengt met het afsluiten van de akkoorden Wonen, Ondersteuning en Zorg voor Ouderen (WOZO), Integraal Zorg Akkoord (IZA) en Gezond en Actief Leven Akkoord (GALA) een versnelling aan in de beweging van ziekte naar gezondheid, van zorg naar preventie.  GALA heeft als doel om alle middelen die gemeenten krijgen voor preventietaken bij elkaar te brengen en niet langer via afzonderlijke programma’s uit te keren. Het GALA steunt op drie pijlers: Sport en Bewegen, Gezondheid en preventie en Versterken sociale basis.  In het GALA ligt ook een belangrijke link met het programma Wonen, Ondersteuning en Zorg voor Ouderen (WOZO) uit 2022, in het bijzonder met de programmalijn ‘Vitaal ouder worden’. Doel van de verschillende wetgeving is ook de zorg voor de toekomst goed, toegankelijk en betaalbaar te houden.

Andere accenten leggen
Daarnaast leidt een aantal recente ontwikkelingen tot een pas op de plaats. De sterke stijging van kosten heeft als gevolg dat de bestaanszekerheid van een groeiende groep inwoners onder druk staat.  De opvang van asielzoekers en de grotere taakstelling voor de huisvesting en inburgering van statushouders, vraagt een extra inspanning van organisaties en vrijwilligers. 
We merken dat ondanks al onze inspanningen een deel van onze inwoners tussen wal en schip dreigt te vallen. Niet iedereen is bij machte zelfredzaam te worden of heeft een sociaal netwerk dat voldoende steun kan bieden. Het langer zelfstandig thuis wonen van kwetsbare ouderen en mensen met een beperking,  doet een groter beroep op de samenleving.  Ook de complexiteit van regelgeving leidt er ook toe dat mensen niet altijd weten welke ondersteuningsmogelijkheden er zijn en bij welk loket ze kunnen aankloppen. 
Dit betekent niet  dat we een andere weg inslaan, maar wel de komende jaren andere accenten leggen. Sleutelwoorden hierbij zijn toegankelijkheid en bereikbaarheid van ondersteuning, vergroten van de dorpskracht en een integrale, domein overstijgende aanpak.

Uitvoeringsprogramma gezondheidsbeleid
Het uitvoeringsprogramma van de nota ‘Samen Gezond in Aa en Hunze’. Uitgangspunt is een integraal, domein overstijgend programma, waarmee we ook uitvoering geven aan de drie pijlers van het GALA. Voorbeelden die in het uitvoeringsprogramma gezondheid aan de orde komen, zijn  o.a. het tegengaan van eenzaamheid, het stimuleren van een gezond leven van kwetsbare groepen en een gezonde leefomgeving.

Armoedebeleid
Op basis van de in 2023 uit te voeren armoedemonitor wordt samen met samenwerkingspartners, gemeenteraad en inwoners het armoedebeleid herijkt. We streven daarbij naar het versterken van goede initiatieven,  verminderen van de effecten en het voorkomen van armoede. Om meer inzicht te krijgen, ontwikkelen we samen met onze partners een meetlat voor monitoring voor armoede in Aa en Hunze. Dit stelt ons in staat tot het monitoren van de gezamenlijke inzet en de maatschappelijke resultaten, zodat we samen lerend doen wat werkt. De ervaringen die we met deze werkwijze op dit thema opdoen, gebruiken we voor verbreding naar het gehele sociale domein.

Samen leven in de dorpen: 
Het langer thuis wonen van kwetsbare ouderen, de integratie van statushouders en het (weer) zelfstandig wonen en participeren van mensen met een beperking zijn ontwikkelingen die niet vanzelf goed gaan.  Zo stijgt het aantal mantelzorgers niet mee met het aantal zorgvragers.  Er zal een groter beroep gedaan worden op werkende mantelzorgers en zorgvrijwilligers. We gaan daarom een toekomstscenario mantelzorg ontwikkelen. Dit om bijvoorbeeld mantelzorgers in staat te stellen werk en zorg te combineren. Daarbij hebben we ook oog voor de behoeften van jonge mantelzorgers. Als gemeente kunnen we dit niet alleen.   Het vereist een goed samenspel tussen inwoners/vrijwilligers, mantelzorgers en professionals op het terrein van wonen, welzijn en zorg, maar ook met werkgevers en het onderwijs. 

Duurzaamheid
Vanuit verschillende bronnen – landelijk, regionaal en lokaal – zijn we verbonden aan de duurzaamheidsopgave. Op een aantal vlakken zijn we een eind op weg, op andere blijven er voor de komende jaren uitdagingen. We willen richting geven aan onze inspanningen door een duurzaamheidsvisie en daaraan gekoppeld een uitvoeringsagenda. 

Opwekken duurzame energie
In de energietransitie blijven we een belangrijke rol spelen als regisseur. De gemeente kan en wil het niet alleen. We zullen steeds meer in netwerkverband werken: met de energiecoaches, lokale energie initiatieven en bedrijven. Ook zien we op een aantal vlakken regionale initiatieven ontstaan, waarbij wordt opgetrokken met andere gemeenten en de provincie. 
Ons uitgangspunt blijft dat we de voorkeur geven aan zonnepanelen op daken. Alleen als zich een onderbouwd initiatief vanuit inwoners aandient, kijken we daar welwillend naar. Voor het overige faciliteren we ‘zon op dak’ en blijven we de komende jaren allerlei initiatieven stimuleren, waarmee inwoners, bedrijven en verenigingen kunnen verduurzamen. In de loop van 2024 maken we de balans op. Is er meer nodig?

Ruimtelijke inrichting
Om de duurzaamheidsopgave te realiseren, is het ook van belang om naar onze ruimtelijke inrichting te kijken. Vanuit allerlei maatschappelijke richtingen worden claims gelegd op de schaarse ruimte in Aa en Hunze, en we zullen daarop proactief moeten voorsorteren. Zo moeten we ruimte voor bijvoorbeeld laadpalen en andere randvoorwaarden in gaan plannen. 
De beschikbaarheid van netcapaciteit vormt een risico: kunnen we de duurzaam opgewekte energie wel transporteren? Om te werken aan deze ‘netcongestie’ zijn we aan de ene kant afhankelijk van anderen. Aan de andere kant moet Aa en Hunze zelf duidelijk maken welke plannen zij heeft, zodat de netbeheerder daar bij eventueel opschalen van de capaciteit rekening mee kan houden. 

Warmtetransitie gebouwde omgeving
De warmtetransitie valt of staat met de betrokkenheid en het ondersteunen van inwoners en (recreatie)bedrijven. De warmtetransitie is arbeidsintensief, ook voor individuele eigenaren. Het tijdig realiseren van de warmtetransitie vraagt daarom wijk- of doelgroepgerichte begeleiding. We gaan meer samenwerken met provinciale flexteams voor meer uitvoeringskracht in dorpen, wijken en buurten. Deze teams zijn een verlengstuk van de gemeentelijke organisatie.

 Economie en recreatie

Aa en Hunze is een plattelandsgemeente, met een relatief groot aandeel ‘wonen’ ten opzichte van ‘werken’. Door een aantrekkelijk vestigingsklimaat na te streven kunnen we ondernemers verleiden, bijvoorbeeld via aanpassingen in onze infrastructuur. Door te faciliteren en te stimuleren kan de gemeente talentvolle ondernemers behouden en aantrekken.

Toekomstbestendige bedrijventerreinen
Bedrijventerreinen spelen een belangrijke rol in het vestigingsklimaat en kunnen een grote bijdrage leveren aan de regionale en lokale economie. Een toekomstbestendig bedrijventerrein is duurzaam, veilig en groen. De focus ligt de komende periode op een project voor de Bloemakkers, waarin we samen met ondernemers en de provincie stappen zetten voor het toekomst bestendig maken van dit bedrijventerrein. We gaan bijvoorbeeld zorgen voor meer groen, en door verkeersmaatregelen de veiligheid vergroten. Samen met de buurgemeenten wil Aa en Hunze een regisserende rol gaan spelen in de spreiding en levensvatbaarheid van bedrijven in de regio. 

Onderwijs arbeidsmarkt
Het onderwijs sluit niet altijd aan op de arbeidsmarkt. Inwoners in een kwetsbare arbeidsmarktpositie ondervinden hier nadeel van. Er is nu sprake van extra urgentie, aangezien sommige bedrijven binnen Aa en Hunze geen personeel kunnen vinden. Er zijn een aantal sectoren die stimulering nodig hebben om in de toekomst voldoende gekwalificeerd personeel beschikbaar te hebben, met name op mbo niveau. Ook moet er worden ingezet op het vasthouden van talent in de regio. De gemeente wil hier extra op gaan inzetten. Enerzijds door gebruik te maken van bestaande netwerken. Anderzijds door partijen (bedrijfsleven, scholen) bij elkaar te brengen, het probleem te helpen analyseren en te faciliteren bij mogelijke oplossingen. Dit doen we aanvullend op wat we al moeten doen en maken gebruik van bestaande netwerken, zoals de WPDA.

De vitaliteit van de recreatieve sector
Recreatie is een belangrijke sector in onze gemeente. We zien verschillen in ontwikkeling van ondernemers en werkgelegenheid binnen Aa en Hunze. Om die reden kijken we met name in het veengebied of er ruimte is voor meer recreatieve bedrijven. In Drenthe is het Actieprogramma Vitale Vakantieparken Drenthe verlengd tot en met 2024. Aa en Hunze heeft zich hieraan ook gecommitteerd. Er blijft dus aandacht om parken te vitaliseren en voor de zogenoemde uitblinkers in de markt. 

Gasselterveld
Voor het verder realiseren van de doelstellingen en ambities uit de gebiedsontwikkeling Gasselterveld wordt ingezet op voortzetting van een gecoördineerde samenwerking tussen Staatsbosbeheer, gemeente en provincie. Voorwaarde voor de voortzetting van de samenwerking en realisatie van eventuele nieuwe onderdelen is het verkrijgen van de benodigde financiële middelen. De mogelijkheden hiervoor worden in 2024 nader verkend.

 Deze pijler gaat over de kwaliteit van de fysieke leefomgeving en het wonen in onze dorpen en in het buitengebied. Ook in 2024 is het onze ambitie om een duurzame gemeente te zijn waarin het aantrekkelijk wonen en werken is met goede voorzieningen en behoud van leefbaarheid. 

Plattelandsontwikkeling 
Op basis van de Nationale Omgevingsvisie (NOVI) wordt het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) ingevoerd door het Rijk. Om het landelijk gebied toekomstbestendig te maken en te voldoen aan EU-verplichtingen, wil het Rijk vóór 2030 meer ruimte bieden voor herstel en versterking van de natuur, de kwaliteit van water en bodem verbeteren en meer doen tegen klimaatverandering. Het NPLG moet per provincie worden uitgewerkt in een Provinciaal Programma Landelijk Gebied (PPLG-gebiedsprogramma’s). De provincie zal samen met gemeenten, waterschappen, maatschappelijke partners, (agrarisch) ondernemers, grondeigenaren en grondgebruikers op zoek gaan naar oplossingen per gebied. Uiterlijk 1 juli 2023 moeten de provincies hun eerste versie van de plannen per gebied gereed hebben. In de periode daarna worden deze plannen verder aangevuld. 

Gemeentelijke omgevingsvisie
Om de PPLG-gebiedsprogramma’s (zie hiervoor) efficiënt en integraal af te kunnen wegen is een gemeentelijke omgevingsvisie gewenst (zie ook de Vergezichten, onder ruimtelijke schaarste). De omgevingsvisie is, onder de nieuwe Omgevingswet, bovendien een verplicht instrument voor gemeenten. Daarom gaan we aan de slag met het opstellen van een gemeentelijke omgevingsvisie en zien we af van het opstellen van een nieuwe strategische toekomstvisie. 

Leefbaarheid 
Een sterke en leefbare samenleving is van belang voor ons allemaal. Samen met de inwoners zoeken we naar de best passende oplossingen om de leefbaarheid te vergroten. Ook in 2024 stimuleren, faciliteren en initiëren we deze initiatieven (o.a. via het Leefbaarheidsfonds).

We zijn voornemens om deel te nemen aan het nieuwe EU Leader subsidieprogramma (2023-2027) dat is bedoeld om plattelandsgebieden sociaaleconomisch te versterken. Met het programma worden o.a. projecten op het gebied van leefbaarheid, duurzaamheid en lokale economie gestimuleerd. Onze hele gemeente zal onder het programma-gebied vallen. Dit vraagt om gemeentelijke cofinanciering. 

Voorzieningen 
Het streven is om in het eerste kwartaal van 2024 een nieuw Gemeentelijk Verkeers- en Vervoersplan (GVVP) ter vaststelling aan de gemeenteraad voor te leggen. Dit vastgestelde GVVP vormt het kader voor verschillende werkzaamheden en projecten in 2024. 

In het kader van de kwaliteitsimpuls fietspaden leggen we in 2023 ongeveer twee derde deel van het tracé Spijkerboor – Eexterveen aan. Voor het overige deel zoeken we de samenwerking met het waterschap en sluiten we qua uitvoering aan bij de aanleg van een nieuwe kade voor de Hunze.  Verder verwachten we de aanleg van het fietspad Nijlande-Ekehaar in 2024 af te ronden. Hetzelfde geldt voor het fietspad Grolloo-Papenvoort langs het Oostereinde.     
  
In 2024 werken we verder aan de uitvoering van de in 2022 vastgestelde Laadvisie en ronden we het pilotproject over de vraag naar deelauto’s in landelijk gebied af. Daarnaast stellen we het Regionaal Mobiliteitsplan (RMP) 2.0 op (dit betreft de uitvoering van het RMP 1.0).

De verwachting is dat Provinciale Staten van Drenthe rond de zomer van 2023 een voorkeursvariant vaststellen voor de aanpak van de N34, inclusief de reconstructie van het verkeersplein Gieten. In dat geval is de planologische procedure in 2024 aan de orde.  

In 2024 komen we met een breed, overkoepelend beleidskader voor het maatschappelijk vastgoed. De actualisatie van het dorpshuizenbeleid is hier onderdeel van. Ondertussen faciliteren we ook in 2024 het door Grolloo opgestelde integrale plan voor dorpshuis het Markehuis. Daarnaast is het onze intentie om voor de zomer van 2023 een voorstel aan de raad voor te leggen over de locatie voor een nieuwe accommodatie voor (culturele) verenigingen in Gieten, inclusief voorlopige kostenraming. De verwachting is dat dit project doorloopt in 2024. 

We gaan in 2024 verder met de uitvoering van het nieuwe Afvalstoffenbeleidsplan 2023-2027. Dit betekent dat we onze afvalscheiding verbeteren en de kwaliteit van het ingezamelde afval verhogen. De insteek is om de kosten zoveel mogelijk stabiel te houden. 

In 2024 stellen we gemeentelijk beleid vast m.b.t. waardevolle en beschermde flora en fauna, passend binnen het streven naar biodiversiteit in Aa en Hunze. Het gemeentelijk beleid is geformuleerd binnen de provinciale en landelijke beleidskaders. We bestrijden invasieve exoten voor zover mogelijk. We richten ons daarbij op herstel van biodiversiteit. Het in eigen beheer uitvoeren van ecologisch bermbeheer wordt naar verwachting gecontinueerd en verbreed.     

Wonen
Ter uitvoering van de integrale Woonvisie 2020+ faciliteren we de woningbouwbehoefte door een meebewegend woningbouwprogramma. Uit een verdiepend woonbehoefte-onderzoek is in 2023 gebleken dat de reeds in voorbereiding zijnde woningbouwplannen en de nog bestaande ruimte binnen de bestaande komgrenzen en uitleglocaties onvoldoende is om aan de vraag naar woningen te voldoen. Daarom gaan we in 2023 versneld de meest opportune nieuwe uitleglocaties in beeld brengen, waarmee op basis van urgentie en na een zorgvuldige communicatie met betrokken grondeigenaren en de omgeving aan de slag kan worden gegaan. Dit loopt door in 2024.  

Het aantal te bouwen en gebouwde woningen dient gemonitord te worden. Daarbij gaat het om aantallen en typologie. Deze monitoring is noodzakelijk voor toekomstige ruimtelijke onderbouwingen voor woningbouwlocaties. In 2023 ontwikkelt de provincie Drenthe een digitale omgeving waarin dit is en wordt opgenomen. De verwachting is dat we in 2024 hierop zijn aangesloten en de actuele woningbouwstand monitoren.

Vanuit de ambities uit de Woonvisie zijn we gestart met de dorpsgesprekken. De uitkomst van de dorpsgesprekken nemen we mee als input voor het woningbouwprogramma. 

In 2024 wordt uitvoering gegeven aan de in 2023 uitgezette lijn voor de huisvesting van urgente doelgroepen. Voor wat betreft de huisvesting van statushouders is de verwachting dat de gemeentelijke taakstelling voor 2024 gelijk of hoger zal zijn dan de taakstelling van 2023.

In 2024 is er een integrale visie (duurzaamheid, sociale cohesie, beheer, wonen) op de Wijk van de Toekomst in Gieten. Subsidieregelingen vanuit o.a. het Volkshuisvestingsfonds en de Regiodeal worden meegenomen in de integrale aanpak. 

De afgelopen periode hebben we een aantal ‘nieuwe’ ontwikkelingen op ons af zien komen waarmee we aan de slag moeten of al aan de slag zijn. Daar waar ontwikkelingen eerst ‘klein’ leken zien we nu de impact duidelijker en vaak ook groter worden. Veel nieuwe ontwikkelingen hebben invloed op de manier waarop we binnen de organisatie (samen)werken.  Daarbij valt te denken aan:

Wet Open Overheid(WOO)
We willen/moeten een transparantere overheid zijn/worden. De WOO regelt het recht op informatie over alles wat de overheid doet. De gemeenten moeten gefaseerd verschillende categorieën documenten openbaar maken. In 2024 zullen we gefaseerd beginnen met het openbaar maken van deze informatie. Hiervoor wordt vanuit de rijksoverheid een publicatieplatform (PLOOI) ontwikkeld. De ontwikkeling hiervan loopt achter bij de planning zodat we zelf met de informatievoorziening aan de slag moeten en daar een extra inspanning voor moeten leveren.

Informatieveiligheid en privacy
Dit heeft zich ontwikkeld als een apart vakgebied. Dreigingen zijn onderdeel van de dagelijkse werkelijkheid geworden. De (semi) publieke sector is meerdere malen opgeschrikt door hacks en datalekken. Ook voor Aa en Hunze wordt het dreigbeeld steeds risicovoller. We moeten als organisatie alert blijven  en hiervoor constant aandacht hebben. We zullen ook terugvalopties explicieter moeten maken. Daarnaast zien we de mogelijkheden van kunstmatige intelligentie toenemen en het gebruik van algoritmen.

Rechtmatigheid
De rechtmatigheidsverklaring die met ingang van de jaarrekening 2023 verplicht is vraagt ook het nodige van de gehele organisatie. We gaan de komende jaren aan de slag met een nieuw intern controleplan waar nieuwe werkzaamheden en processen uit voortvloeien.

Strategisch personeelsbeleid
De bovenstaande ontwikkelingen vragen wat van de medewerkers. Er is hier de afgelopen periode veel extra middelen voor gevraagd. De invulling hiervan loopt op koers en we gaan verder met de optimalisatie van de verschillende processen. We vragen op dit punt geen nieuwe middelen. Alleen in geval van nieuwe taken (met extra(rijks)middelen) of nieuwe ambities komen we hier bij uw raad op terug. 
Het strategisch personeelsbeleid geeft  handvatten  om ervoor te zorgen dat medewerkers goed toegerust zijn en blijven om hun werk te kunnen doen in de veranderende omgeving. De werving van nieuwe medewerkers krijgt hierin een plek.

Arbeidsmarkt
De huidige arbeidsmarkt vraagt om creatieve manieren  om goed personeel te kunnen aantrekken. Samenwerking met andere gemeenten, in welke vorm en richting dan ook, kan hierbij een mogelijkheid zijn die we gaan onderzoeken. Zo gaan we bijvoorbeeld de komende periode in SDA verband onderzoeken waar we als organisaties kwetsbaar in zijn en waarin we verdergaand en/of verdiepend met elkaar kunnen samenwerken. Voorwaarde is wel dat het een meerwaarde moet opleveren.  Een SDA ‘plus’ variant op onderdelen behoort daarbij tot de mogelijkheden. 

Dienstverlening
We zijn als gemeente een heel veelzijdige dienstverlener in de producten en diensten die we aanbieden. Daarnaast zien we grote opgaven op ons én onze inwoners op ons afkomen. Onze inwoners verwachten (in lijn met de maatschappelijke trend) ook steeds meer van onze dienstverlening. Om onze dienstverlening naar een hoger niveau te tillen is een nieuwe dienstverleningsvisie geformuleerd. De uitvoering hiervan vraagt de nodige investeringen in personeel, ICT, training en opleiding maar ook in tijd. Er is een meerjarig ontwikkelprogramma opgesteld om dit te bereiken. Vragen en problemen van onze inwoners moeten centraal staan en dat vraagt  een flexibele houding en soms creativiteit en maatwerk waarvoor we blijvend aandacht moeten hebben.

Huisvesting
Goed personeel en de veranderende manier van werken vragen om passende huisvesting. We gaan op dat punt de komende jaren aan de slag met de bouw van de locatie van de buitendienst te Gieten, het zoeken naar nieuwe huisvesting voor het kernteam Rolde (eventueel) in combinatie met de brandweerpost Rolde. 

Financiën
Een solide financiële positie is randvoorwaarde om de ontwikkelingen in de maatschappij te kunnen volgen en faciliteren. We gaan daarom aan de slag met de normering van financiële kengetallen en de monitoring daarvan.